Sagen en legendes

Er bestaan diverse sagen en legenden waarin de Leenderkapel een rol speelt.

 

Heren van Schaesberg

Over de stichting van de kapel deden diverse verhalen de ronde. Heer Johan Frederik van Schaesberg (foto) zou de kapel gesticht hebben uit eerbetoon aan Maria voor een gewonnen veldslag. De locatie werd hem duidelijk toen na een sneeuwbui de hele berg met sneeuw bedekt was, behalve een stuk, dat de plattegrond voor de kapel vormde. Volgens een andere sage, die opgetekend is in een document dat zich in het parochiearchief van Schaesberg bevindt, zou Sigismund van Schaesberg met de gedachte gespeeld hebben om bij het kapelletje een klooster te stichten. Een boer uit Schaesberg bracht hem evenwel op andere gedachten door te wijzen op de noodzaak een parochiekerk te bouwen, hetgeen geschiedde.

 

Verzamelplaats van Bokkenrijders

Evenals de kapel van Schilberg en de Rosakapel te Sittard bleek de Leenhofkapel een geliefd verzamelpunt te zijn - althans in de volksverhalen - voor de zogenoemde bokkenrijders. In 'De IJzeren Hamer' ontdekte de vrome dochter van een dorpssmid, dat haar vader de aanvoerder van een bende bokkenrijders was en dat hij zijn smidshamer als wapen en moordtuig gebruikte. De plaatsen van samenkomst voor de bendeleden waren de smidse en de kapel van Leenhof. De dochter bad tot O.-L.-Vrouw van Leenhof voor de bekering van haar vader. Toen zij ziek werd en op haar sterfbed lag, wist zij te bereiken, dat haar vader brak met de bokkenrijders. De smid bezocht daarop geregeld zelf de Leenderkapel, totdat hij op zekere dag met ingeslagen schedel in zijn smidse gevonden werd. Dat was de wraak van zijn vroegere companen.

Twee broers die zich aangesloten hadden bij de bokkenrijders gingen 's nachts naar de kapel om hun eed te vernieuwen. Een 'witte dame' die rond de kapel zweefde, gaf hun de raad een goede eed af te leggen in plaats van de bokkenrijderseed. De broers bekeerden zich. 's Anderendaags werden de overige bokkenrijders door justitie opgepakt.

 

De diefstal en explosie die niet doorgingen

Aanslagen op de kapel en het daar aanwezige offerblok mislukten telkens door bovennatuurlijk ingrijpen. Een dief kleefde met zijn hand aan het offerblok en kwam pas los toen de gerechtsdienaren hem arresteerden. Een ander maal werden dieven verjaagd door een fel schijnsel dat de hele kapel en haar omgeving vol in het licht zette. Een jager werd door zijn hond en een glanzend licht dat boven de kapel hing naar het bedehuisje geleid. Toen hij aankwam, vluchtten enige donkere gestalten. Het licht verdween toen ook. Nadat de mijnen aangelegd waren, wilde een groep godsdiensthaters de kapel met springstof opblazen. De lonten werden aangestoken en de daders maakten zich uit de voeten. De verwachte explosie bleef echter uit, want de lont brandde niet.

 

De vuurman

In 'De vergeten bedevaart' wordt verhaald van een boerenknecht die op weg naar huis 's nachts een vuurman ontmoet. De knecht maakte een kruisteken en riep O.-L.-Vrouw van Leenhof aan. De vuurman liet hem ongedeerd gaan op voorwaarde dat de knecht namens hem naar Kevelaer of Scherpenheuvel pelgrimeerde. De knecht hield zijn belofte en niet lang daarna ontmoette hij een engelachtige verschijning, die hem bedankte nu eindelijk verlost te zijn van zijn lot om als vuurman te moeten dolen. De geest beloofde de knecht voor hem te zullen bidden. Niet lang daarna ontsliep de knecht sereen op een Mariafeestdag.

Steun Leenderkapel

Word vriend van de Leenderkapel!